Terug naar nieuws
Terug naar de kennisbank

SFDR: ESG is ontoereikend om aan het DNHS-beginsel te voldoen

In dit artikel is uitgelegd hoe ESG-gegevens niet volstaan om te voldoen aan de bekendmakings- en rapportagevereisten van artikel 9 van de SFDR.

De nieuwste 'regulatory technical standard' van SFDR.

In ons vorige SFDR-artikel hebben we uitgelegd hoe waardevol het is om milieugegevens op te stellen op portefeuilleniveau, die veel waardevoller zijn dan de klassieke ESG-gegevens. In dit artikel zoomen we wat meer in op de naleving van het 'niet significant schaden principe' (DNSH).

In de nieuwste versie van de regulatory technical standard (RTS) van de verordening inzake informatieverstrekking over duurzame financiering (SFDR) is bevestigd dat financiële producten overeenkomstig artikel 9 openbaar moeten maken dat zij in overeenstemming zijn met de OESO-richtlijnen en het VN-beginsel. Volgens deze richtlijnen moeten milieumeting en -beheer op portefeuilleniveau worden geïnstalleerd met behulp van milieubeheersystemen en levenscyclusanalyses. ESG-ratings zijn dus onvoldoende om aan het DNSH-beginsel te voldoen.

Het 'do not significantly harm' beginsel geldt alleen voor financiële producten uit artikel 9

Het DNSH-beginsel heeft specifiek betrekking op de financiële producten uit hoofde van artikel 9 van het SFDR-voorstel 2019/2088. Artikel 9-producten zijn financiële producten die duurzame beleggingen als doelstelling hebben. Om producten als duurzame beleggingen te kunnen aanmerken, moeten zij voldoen aan de DNSH-rapportagevereisten, zoals bepaald in de definitieve versie van de RTS:

"Voor financiële producten die duurzame beleggingen verrichten, worden in hoofdstuk III ook eisen gesteld aan de naleving van het beginsel "geen significante schade berokkenen" als bedoeld in artikel 2, punt 17, van de verordening inzake informatieverstrekking over duurzame financiering, met betrekking tot de belangrijkste indicatoren voor negatieve effecten in bijlage I. Het verslag moet ook informatie bevatten over de vraag of de beleggingen in overeenstemming zijn met de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen en de VN-richtsnoeren voor het bedrijfsleven en de mensenrechten, met inbegrip van de beginselen en rechten die zijn neergelegd in de acht fundamentele verdragen die zijn genoemd in de verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie inzake fundamentele beginselen en rechten op het werk en het Internationaal Statuut van de Mensenrechten. Het doel van dit vereiste is om de "geen significante schade"-informatieverstrekking op grond van artikel 2, punt 17, van de verordening inzake informatieverstrekking over duurzame financiering in overeenstemming te brengen met de minimumwaarborgen in artikel 18 van de taxonomieverordening."

Kortom, DNSH-rapportage moet de "normale" vooraf bepaalde Principal Adverse Impact (PAI)-indicatoren bestrijken. Daarnaast moet het informatie bevatten dat de investeringen in uw portefeuille in overeenstemming zijn met de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen en de VN-richtsnoeren voor het bedrijfsleven en de mensenrechten.

De OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen: Ondernemingsinstrumenten en -benaderingen

Hoofdstuk 5 van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen: Corporate tools & Approaches bepaalt dat bedrijven terdege rekening moeten houden met de noodzaak om het milieu, de volksgezondheid en de veiligheid te beschermen. Zij moeten hun activiteiten zodanig uitvoeren dat deze bijdragen aan het bredere doel van duurzame ontwikkeling. Meer in het bijzonder somt de OESO zeven richtsnoeren op en werkt deze uit, die de ondernemingen moeten volgen om deze doelstellingen inzake milieu, volksgezondheid en veiligheid te bereiken. Deze richtlijnen behelzen in het algemeen de plan-do-check-act-cyclus door melding te maken van gegevensverzameling, planning en uitvoering met betrekking tot duurzaamheid.

In het kader van dit artikel wordt specifiek aandacht besteed aan de beginselen 1 en 3. Deze beginselen verzetten zich tegen het gebruik van "eenvoudige" ESG-gegevens van ESG-beoordelaars. In plaats daarvan stellen deze beginselen dat er milieubeheersystemen op portefeuilleniveau moeten worden opgezet en dat er levenscyclusanalyses moeten worden uitgevoerd om de besluitvorming aan te pakken.

Made in Brussel: De SFDR-verordening van de EU

Beginsel 1: Milieubeheersysteem (EMS)

Het eerste beginsel heeft betrekking op de instelling en handhaving van een voor het bedrijf geschikt milieubeheersysteem. Dit richtsnoer vermeldt met name:

a) verzameling en evaluatie van tijdige en adequate informatie
b) vaststelling van meetbare doelstellingen
c) regelmatig toezicht en verificatie

De OESO-richtsnoeren vermelden in dit verband specifiek de goedkeuring van (delen van) de ISO 14000-reeks van milieubeheersystemen.

Om het DNSH-principe van uw private equity-portefeuille te ondersteunen, gaat het meestal om actief eigendom. Dit is voor private equity-managers een nieuwe stimulans voor betrokkenheid op het niveau van de portefeuillebedrijven. Maar met de juiste samenwerkingen en de juiste aanpak zal dit de ondernemingswaarde van uw portfolio-ondernemingen alleen maar doen stijgen in de richting van de 2030 Parijsakkoord-verplichtingen.


Beginsel 3: Levenscyclusanalyse

Dit beginsel houdt in dat de voorzienbare milieu-, gezondheids- en veiligheidseffecten van de processen, goederen en diensten van de onderneming gedurende hun volledige levenscyclus worden beoordeeld en bij de besluitvorming in aanmerking worden genomen. Gewoonlijk worden dit soort gegevens op ondernemingsniveau verzameld en beoordeeld. Bovendien verbetert de kwaliteit van dit type beoordeling wanneer meer bedrijfsspecifieke gegevens worden verzameld bij partners in de toeleveringsketen.

Het uitvoeren van LCA-studies over uw volledige portefeuille neemt wel wat tijd in beslag. Maar, terugdenkend aan ons eerste principe, het gaat om de implementatie van een EMS (milieubeheersysteem). LCA's in combinatie met het EMS betekent dat onze gegevensverzameling en beoordeling een dynamisch proces is in de loop van de tijd.


Wat betekent de naleving van het DNSH-principe voor mijn onderneming?

Zoals in de RTS is bepaald, moet een financiële marktdeelnemer informatie verstrekken volgens de PAI-indicatoren. Om een belegging als "duurzame belegging" aan te merken, moet hij vervolgens bewijzen dat deze belegging geen van deze indicatoren significant schaadt. Daarnaast moet verslag worden uitgebracht over de afstemming op onder meer de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen.

Dit milieubeheersysteem op portefeuilleniveau en de beoordeling van gegevens met evaluaties van de levenscyclus van organisaties of producten vergen wel wat tijd en inspanning. Onze investeerders (PE, VC, enz.) willen echter meestal gedurende 5-10 jaar (gedeeltelijk) eigenaar blijven van een bedrijf en in de tussentijd verbeteringen doorvoeren.

Houdt u er rekening mee dat het over slechts acht jaar 2030 is. Het eerste streefjaar van het Klimaatakkoord van Parijs en veel daaruit voortvloeiende milieuwetgeving in de EU. Het jaar van 40% broeikasgasemissiereductie. Het jaar van 32% aandeel hernieuwbare energie. Het jaar van sectorspecifieke doelstellingen voor de circulaire economie, met een algemene doelstelling van 30% verbetering van de hulpbronnenefficiëntie. Dit alles wordt mogelijk gemaakt door ons milieubeheersysteem op bedrijfs- en portefeuilleniveau.

Door nu te investeren in de milieuprestaties van uw ondernemingen waarin u investeert, verhoogt u dus hun ondernemingswaarde. Hiervoor ontvangt u uw financiële beloning wanneer u toekomstbestendige en milieuvriendelijke bedrijven afstoot in de buurt van of in 2030.

Plan uw gratis consultatie om uit te vinden wat we hier kunnen doen.
Plan vergaderingPlan vergaderingPlan vergaderingPlan vergadering
Dit artikel is geschreven door:
Joost
Joost
Mede-oprichter
Stuur e-mailLinkedInBoek een vergadering
Dankjewel! Je bericht is ontvangen!
Oeps! Er ging iets mis bij het verzenden van het formulier.